Dealen met de Green Deal

CSRD en andere klimaatregels op een rij

In dit artikel zetten we een groot aantal huidige en nieuwe klimaatregels kort en overzichtelijk op een rijtje. Het zal je misschien wat duizelen, maar het is goed om het bestaan en de essenties van een aantal regelingen te kennen en de toepassing te begrijpen. Zodat je niet verrast wordt door de reikwijdte van alle duurzame toepassingen, zowel voor burgers, bedrijven als overheden.

De basis: de Europese Green Deal

Vanuit de Europese Green Deal en het Nederlandse Klimaatakkoord is inmiddels een groot pakket aan regelgeving uitgestort over het bedrijfsleven. De Europese Klimaatwet vormt de kern van de Europese Green Deal. Doelstelling voor 2030 is 55% minder CO2-emissie ten opzichte van 1990. Voor de periode na 2050 is zelfs een negatieve emissie voorzien. Deze Klimaatwet wordt door zijn reikwijdte wel de Wet der Wetten genoemd. De wet kijkt namelijk 30 jaar vooruit en omvat veel terreinen, zoals milieu, energie, vervoer, industrie, landbouw en duurzame financiering; een holistische benadering.

Hieronder wordt de belangrijkste duurzame regelgeving die voortvloeit uit de Green Deal kort besproken. De verwachting is dat dit pakket van wetten en regels de komende jaren zich nog verder zal (door)ontwikkelen, waarbij het al of niet halen van de klimaatdoelstellingen een belangrijke thermometer zal zijn voor die aanvullende regelgeving. 

Focus ligt in dit blog op de lokale toepassing, voor ondernemers en overheden. Veel Europese richtlijnen zijn gericht op grote bedrijven of financiële instellingen; het is wel goed om deze regelgeving enigszins te kennen omdat deze organisaties hun verplichtingen die hen worden opgelegd natuurlijk ook gaan door vertalen naar hun klanten en leveranciers; de meeste Europese richtlijnen gelden al voor bedrijven vanaf 250 medewerkers.

Een kort overzicht van de belangrijkste Europese richtlijnen vanuit de Green Deal (die overigens ook al een aanzienlijke invloed blijken te gaan hebben op de duurzame strategieën van bedrijven):

  • CSRD (Corporate Sustainability Reporting Directive) – voor bedrijven met meer dan 40 milj omzet en/of 250 medewerkers geldt een duurzame rapportageplicht vanaf 2025. Daarnaast wordt een duurzame strategie vereist, een risicomanagementsysteem en een systeem om data te verzamelen. De ESRS (European Sustainability Reporting Standards) vertelt welke data je precies dient te verzamelen voor een juiste rapportage. Deze regelgeving voor bedrijfsrapportage is een uitbreiding van de eerdere regelgeving (de NFTD) die alleen gold voor beursgenoteerde ondernemingen. Bovendien gaan accountants deze duurzame rapportage op dezelfde wijze beoordelen als de financiële rapportage van bedrijven. Deze regeling wordt gezien als een belangrijke stap voorwaarts om duurzaamheid bij bedrijven hoger op de agenda te krijgen. Lees hiervoor ons boek.
  • ETS (Emission Trading System) – succesvolle beprijzing van CO2-uitstoot voor grote energie- en industriebedrijven in Europa; deze CO2-belasting zal stapsgewijs uitgebreid worden naar alle bedrijven. Doordat de uitgifte van nieuwe emissierechten systematisch wordt verlaagd, zijn prijzen van emissierechten structureel gaan stijgen. De CO2 handelsprijs ligt inmiddels op een vrij hoog niveau, wat bedrijven extra stimuleert om hun CO2-uitstoot te beperken.
Ontwikkeling prijs voor een ton CO2 binnen ETS
  • SFDR (Sustainbale Finance Disclosure Directive) – verplicht grote beleggers zoals pensioenfondsen en verzekeraars tot rapportage volgens de ESG-standaard (Environment, Social, Governance).
  • EED (Energy Efficiency Directive) – bedrijven vanaf 250 medewerkers moeten iedere 4 jaar een energie audit uitvoeren en daarover rapporteren. 
  • De EU-taxonomie – een soort woordenboek voor duurzame terminologie, zorgt er voor dat de groene intenties van bedrijven vergelijkbaar zijn en maakt het inzichtelijk welke bedrijven echt interessant zijn voor duurzame beleggers, en kunnen worden onderscheiden van de ‘greenwashers’.
  • SCGD (Sustainable Corporate Governance Directive) – Deze regeling maakt het mogelijk om CEO’s persoonlijk aansprakelijk te stellen als zij met hun bedrijf de duurzame regels niet naleven.
  • IMVO (Internationaal Maatschappelijk Ondernemen) – De komende jaren krijgen Nederlandse bedrijven te maken met deze nieuwe Europese wetgeving. Het verplicht bedrijven om te rapporteren over duurzaamheid en om de risico’s in hun hele keten in kaart te brengen, misstanden te voorkomen of aan te pakken en benadeelden te compenseren in geval van geleden schade. De overheid stelt voorwaarden als bedrijven aan de overheid willen leveren om IMVO aan te moedigen. Een voorbeeld is de inkoopcategorie datacenters, waar leveranciers wordt gevraagd risicoanalyses van hun keten en IMVO-actieplannen aan te leveren en waar inkopers actief met hun leveranciers in gesprek gaan over het onderwerp.
  • Fit for 55, een pakket van ingrijpende maatregelen om de 55% CO2-reductie in 2030 te kunnen behalen. Fossiele brandstoffen worden duurder gemaakt en vanaf 2035 mogen er geen benzineauto’s meer worden gemaakt. Verder is het doel om in 2030 in Europa 40% schone energie te hebben en komt er een CO2-belasting aan de buitengrenzen van Europa om oneerlijke concurrentie te voorkomen.

Nederlandse klimaatwetgeving

In Nederland zijn al gedurende enige jaren allerlei nieuwe wetten en regelingen geïntroduceerd om de Europese duurzame afspraken ook in Nederland vastere voet aan de grond te geven. Hieronder bespreken we een aantal belangrijke wetten en regelingen die met hun duurzame maatregelen veel invloed zullen gaan hebben op lokale bedrijven en overheden, zonder daarbij de intentie te hebben om hierin helemaal compleet te zijn.

Klimaatwet – gericht op het minder uitstoten van broeikasgassen, uiteindelijk in 2050 95% minder dan in 1990. In de wet staat niet hoe dat moet gebeuren. De inhoudelijke maatregelen zijn in het Klimaatakkoord afgesproken met maatschappelijke partijen. Dat betreft: Elektriciteit, Gebouwde omgeving, Industrie, Landbouw en landgebruik en Mobiliteit. Gemeenten hebben vaak de focus op de klimaatafspraken rond de Gebouwde omgeving. De afspraken per sector kun je terugvinden op www.klimaatakkoord.nl. In het laatste regeerakkoord is de intentie uitgesproken om deze afspraken uit het Klimaatakkoord aan te scherpen. Een paar voor het MKB merkbare punten uit het regeerakkoord op een rijtje:

  • Het gewenste percentage CO2-reductie wordt verhoogd tot 60% in 2030. Elk bedrijf zal een CO2-plan moeten hebben, dat optelt tot een forse reductie in de keten waarin geproduceerd wordt.
  • Een klimaat- en transitiefonds van € 35 miljard, in aanvulling op de huidige subsidieregelingen. Het mkb wordt hierbij specifiek benoemd, ter ondersteuning bij de transitie. De huidige stimuleringsregelingen voor duurzaamheid in het mkb worden uitgebreid en versimpeld.
  • Grootschalige energie-infrastructurele projecten, zoals waterstofcentrales, worden versneld uitgevoerd. Dit zal een enorme impuls beteken voor betrokken bedrijven en hun leveranciers.
  • Langjarige investeringen in toepasselijke opleidingen, goed werkgeverschap en de kwaliteit van de leefomgeving. Deze investeringen zijn nodig om de transitie tractie te geven.

UPV – Een belangrijke stimulans van circulariteit is de producentenverantwoordelijkheid. Dit heet ook wel UPV: Uitgebreide Producenten Verantwoordelijkheid. Het betekent dat producenten of importeurs (mede) verantwoordelijk worden voor het afvalbeheer van hun producten. De regels hiervoor zijn recent algemeen verbindend verklaard voor 5 soorten producten:

  • Elektronica en elektronische apparatuur, dus ook zonnepanelen
  • Batterijen en accu’s
  • Autowrakken
  • Autobanden
  • Verpakkingen, maar ook tasjes, ballonnen en maandverband

Textiel, een grote vervuiler, zal in 2023 volgen. De kledingindustrie wordt dan verantwoordelijk voor het inzamelen en recyclen van afgedankte kleding. Verwachting is dat steeds meer branches op deze wijze hun keten moeten gaan verduurzamen.

Bouwbesluit – Stelt vergaande eisen aan de energiezuinigheid van gebouwen. De eisen hiervoor heten BENG (Bijna Energie-neutrale Gebouwen), die voorvloeien uit de Europese richtlijnen hiervoor (EPBD). De energieprestaties moeten meetbaar gemaakt worden: hoeveel fossiele energie (in Kwh per m2) en hoeveel % hernieuwbare energie gebruik je als bedrijf?  Wat is je isolatiewaarde en luchtdichtheid? Die energieprestatieberekeningen van gebouwen wordt een vak apart en gaan ook gelden voor het aanvragen van omgevingsvergunningen. Nieuwe overheidsgebouwen moeten bijvoorbeeld bijna energieneutraal zijn. Een andere strenge eis is dat kantoren vanaf 100 m2 vanaf 2023 minimaal een energielabel C moeten hebben; vanaf 2030 zelfs een energielabel A. En een  energieregistratie- en bewakingssysteem (EBS) wordt verplicht.

Wet Milieubeheer – Dit is de belangrijkste milieuwet. Het is een juridische gereedschapskist om het milieu te beschermen. Het is een raamwet die en brede werking heeft. Voor het beheer van bos en natuur heb je bijvoorbeeld te maken met de regels over afvalstoffen, zoals hoe om te gaan met plantenresten, plagsel, maaisel enzovoorts.  De wet omvat regels voor milieuplannen en -programma’s, milieukwaliteitseisen, inrichtingen, afvalstoffen en procedures. Dat kan gaan over luchtkwaliteitseisen, milieueffectrapportages of afvalstoffen. Op basis van deze wet worden vergunningen verleend door gemeente of provincie.

Omgevingswet – Deze nog in te voeren nieuwe wet biedt veel mogelijkheden aan lokale overheden voor een transitie naar een duurzamere samenleving.  In deze veelomvattende wet wordt de balans geregeld tussen de drie P’s: People, Planet en Profit. Ieder bestuursorgaan wordt geacht zijn taken uitvoeren met een duurzame leefomgeving in het achterhoofd. Eén van de kerninstrumenten is hierbij de omgevingsvisie, die vervolgens wordt uitgewerkt in allerlei maatregelen. Een maatregel kan bijvoorbeeld zijn een subsidieregeling voor energiebesparing. Elke gemeente stelt één omgevingsplan op, waarin alle gemeentelijke regels opgenomen worden die betrekking hebben op de fysieke leefomgeving. Dat kunnen o.a. regels zijn over het bergen van water, of het vastleggen van hittebestendigheid of natuur-inclusief bouwen. In het omgevingsplan kan de gemeente eisen en grenzen vastleggen en handhaven.

Circulariteit  en afvalwetten – bestaande relevante wet- en regelgeving stamt uit de jaren ’70, toen afval een probleem werd. Men ging toen nog uit van een lineaire gedachte waardoor de huidige afvalwet- en regelgeving botst met de huidige circulaire ambities. Nederland is inmiddels koploper recycling van afval in Europa, maar produceert ( vooral indirect via andere landen) veel te veel afval. Sinds 2010 is ook het gebruik van grondstoffen nauwelijks gereduceerd. Doelstelling van het kabinet is een reductie van het abiotische grondstoffengebruik van 50% in 2030. De volgende ‘dwang en drang’ kan worden verwacht vanuit het overheidsbeleid om de totale hoeveel gebruikte grondstoffen drastisch terug te brengen de komende jaren:

  • De milieuschade verrekenen in de prijzen van producten en diensten. Nu is bijvoorbeeld nieuw plastic goedkoper dan circulaire alternatieven.
  • Er komen meer verplichte heffingen en normstellingen, met duidelijk meetbare doelstellingen.
  • Producentenverantwoordelijkheid wordt ingevoerd en gehandhaafd (zie UPV).
  • De circulariteitseisen bij inkoop en aanbestedingen door de overheid worden stapsgewijs verhoogd.
Mijn Impact - Dealen met de Green Deal
Meer weten en lezen? Bestel ons boek ‘Dealen met de Green Deal’.